Opinie: Apples iPhone 6 en Apple Watch vallen wat tegen

Geen echte doorbraken

Maar als je het feitelijke nieuws even laat bezinken, valt het toch wat tegen. De iPhones worden wat groter. Dat verwondert niet, die weg hadden concurrenten al eerder ingeslagen. Ze zijn wat dunner dan de iPhone 5s, maar er zijn nog wel dunnere smartphones op de markt. En er zit een krachtiger processor in die zuiniger omspringt met energie. De schermen zijn wat verbeterd met een technologie die dual domain pixels is gedoopt, waardoor je makkelijk scheef naar je scherm kan kijken. LG en HTC hadden dat al eerder laten zien. En het saffieren scherm waar zoveel om te doen was, dat krijgen de nieuwe iPhones dus niet. Per saldo: mooie smartphones, die iPhone 6-varianten, maar niet echt bijzonder.

Apple Watch lijkt weinig toe te voegen

De Apple Watch is deels nog in nevelen gehuld. Het apparaat komt pas volgend jaar op de markt, en aanwezigen waren slechts beperkt in de gelegenheid om ermee te spelen. Maar op het eerste gezicht onderscheidt Apples slimme horloge zich voornamelijk in ontwerp. Niet al te groot, in twee formaten beschikbaar, een keuze aan horlogebandjes. Over de besturing is duidelijk goed nagedacht, met het draaiwieltje aan de zijkant voor onder andere inzoomen. En het idee om het aanraakgevoelige scherm zo gevoelig te maken dat het het verschil voelt tussen aantikken en indrukken. Maar verder biedt het apparaat geen spectaculaire mogelijkheden, naar het zich nu laat aanzien.

En nadelen zijn er ook nu al zichtbaar in de eerste commentaren. Zo wordt de accu kennelijk niet al te krachtig. Apple zegt er niet veel meer over dan dat je het horloge 's nachts moet opladen - iedere nacht dus kennelijk. Om de accu te sparen staat het schermpje normaal op zwart; je ziet dus niet uit je ooghoeken hoe laat het is totdat je wat met het horloge doet. Het scherm is ook nogal klein; zeker wie al een leesbril nodig heeft, zal het draaiwieltje intensief nodig hebben. En last-but-not-least: zonder een iPhone is de Apple Watch niet meer dan een horloge; eigenlijk is de Apple Watch met 349 dollar vooral een dure accessoire.

Apple Pay maakt het verschil

Toch zat er één ding in de persconferentie waarmee Apple wel het verschil zou kunnen maken: Apple Pay. Dankzij de NFC-chip die zowel in de nieuwe iPhones als in de Apple Watch zit, kun je met die apparaten betalen. En doordat de iPhones een vingerafdruksensor hebben, kan dat ook nog eens erg veilig. Dat opent de weg naar een wereld waarin je je portemonnee met al die pasjes thuis kunt laten, en alleen met de smartphone en wat cash in je tas of broekzak op stap kunt. Ook voor betalen online houdt de techniek een belofte in.

Apple heeft nog wel een weg te gaan voordat het zover is, maar het heeft al wel de nodige partijen weten te interesseren. Creditcardmaatschappijen American Express, Mastercard en Visa doen mee, evenals de banken Wells Fargo, Bank of America en Capital One Bank. En belangrijker: ook een aantal detailhandelsketens doen mee: McDonalds, Staples, Disney Store en Whole Foods Market. En bij de AppleStores kun je natuurlijk ook met je nieuwe iPhone betalen of met de iPhone 5/Apple Watch-combi betalen.

Uitdagingen, maar vooral een grote kans

Daarmee zijn niet alle uitdagingen uit de wereld. Detailhandelszaken zullen niet graag investeren in weer nieuwe betaalterminals als dat niet veel voordeel voor ze heeft. Het is nog onduidelijk hoe kortingscouponnen en klantenkaarten een plaatsje kunnen krijgen in deze betaalmethode. En er zal ook iets geregeld moeten worden over wie welke klantgegevens onder zijn hoede c.q. ter inzage krijgt. Maar één ding is zeker: dit is een veelbelovende markt, en Apple heeft hier wel weer een voorsprong op de concurrentie weten te nemen. Dat is niet iets waar je op een persconferentie de handen voor op elkaar krijgt, maar het is wel een voorsprong die bovendien minder makkelijk in te halen zal zijn dan de technische insteek van een apparaat.